Close


Nieuwsbrief 2021 – 03


Dit lijkt wel een dierenspecial: van wormen en hommels, tot vogels en kippen – het is allemaal te doen op ons complex. Verder veel tips voor de lentetuin én de nieuwe Coöp-winkeltijden.


Zaaigrond

Bij tuincentra kun je speciale zakken met zaaigrond kopen. De structuur van die grond is los en luchtig waardoor de wortels van de plantjes meer ruimte hebben om te groeien. Bovendien beschadig je de zaailingen bij het verplanten niet zo snel, omdat de grond beter uiteenvalt. De grond bevat ook minder voedingstoffen, waardoor de zaailingen trager groeien en het stevige plantjes worden in plaats van lange slungels. Zaaigrond is best duur; je kunt het ook zelf maken. Meng ongeveer vier delen potgrond met een deel zand. Kies zand met een grove korrel, zoals brekerszand. Bij de Coöp verkopen we nog geen zand, maar wel tuinaarde (30 liter voor 2 euro) en potgrond (40 liter voor 3 euro). Zijn we er niet: bel Peter (06 28 41 58 26) of Jolanda (06 30 82 59 92).

 

 


Lentetips van Jos

Het staat vast in de boekjes, maar… schud even aan Jos’ mouw en je hoort dat de boontjes die je nu al de grond in hebt geduwd, toch écht even moeten voortrekken. Nog meer tips?

  • De grond is deze winter lekker doorgevroren, waardoor deze lekker uit elkaar valt met de hark.
  • De grond is vaak te zuur als er veel bemesting of compost op gegaan. Zeker een gazon dat de hele zomer gemaaid wordt. Breng dan wat kalk op, daar is het nu de tijd voor. Daardoor heb je ook minder last van mos tussen het gras.
  • Voor de groentetuinders is het tijd de aardappelen te poten.
  • Als het goed is zitten de uien al in de grond, zo niet, zet ze er snel in, een beetje vorst kunnen die goed hebben.
  • Als je de stokken voor de stokbonen alvast op hun plek in de tuin zet, is dat makkelijk voor de indeling. De (voorgetrokken) boontjes kunnen pas begin mei buiten geplant worden. Maar midden onder de stokken, die 80 cm uit elkaar staan, kun je nu alvast iets anders poten of zaaien, zoals radijs.
  • De boontje voortrekken in de kas kan nu. Vul een potje van rond 10 cm met potgrond en doe daarin drie boontjes. Over vier weken kun je die dan (zes plantjes per stok) buiten uitpoten.
  • De tuinbonen die je in februari in de kas hebt gezaaid, kun je nu buiten uitplanten.
  • Zaai je (bijen)bloemenmengsel nu in, zodat je de hele zomer van bloemen kunt genieten.
  • De bloembollen komen nu allemaal zo ongeveer boven de grond. Op de open plekken daartussen kun je nu plantjes zetten of zaaien. Zijn de bollen uitgebloeid, dan heb je daarna weer ander moois om van te genieten.
  • En nu maar hopen dat we geen zware nachtvorst meer krijgen, zodat de bloesem van de fruitbomen en jonge uitlopers niet bevriezen.

Jos, tuin 260

 


Kijk ’s naar het vogeltje (1)

’t Heeft een rood borstje, maar het fijne weet je er niet van? Anna van tuin 162 kan er iets meer over vertellen. Ze struint met zachte tred over ons complex, sssttt, anders is dat ene vogeltje zo gevlogen…

De pimpelmees
Een van de kleurrijkste tuingasten
dol op bijvoorbeeld zonnebloempitten en pinda’s
wat water om te badderen…
en de nestkast met de kleinste opening, 28 mm
liefst al in de herfst ophangen
deze kreeg direct al een eigenaar!
andere mezen worden verjaagd, maar daar trekken de kool- en staartmezen zich niet veel van aan.
De pimpelmees is een slim en alert vogeltje, vaak de eerste die alarmeert.
Belangrijk want er jagen een kat en een sperwer.

 


Het bestuur over…

Hout stoken
We krijgen als bestuur elk jaar klachten van tuinders die last hebben van rook van een ander, vaak van een vuurkorf of stookplaats, maar ook van een rokende schoorsteen. Soms wordt zelfs in een grote ton afvalhout verbrand. Dat laatste kan echt niet!
Als u echt graag een vuurtje stookt in een schaal, korf of in de kachel, gebruik dan gedroogd hout. Dat geeft niet zo veel rook. Hout verbranden in een groot vat is vaak nat hout dat ergens in de tuin is bewaard. Bij verbranding van hout komen schadelijke stoffen vrij zoals fijnstof, polycyclische aromatische koolwaterstokken (PAK’s), benzeen en koolmonoxide. Vooral mensen met luchtwegklachten hebben hier last van, maar niemand vindt het prettig in de rook van een ander te zitten.

Pluimvee houden
Soms krijgt het bestuur de vraag of je op de tuin kippen mag houden. Dat kan, maar onder voorwaarden. Stap voor stap:

  • Vraag toestemming aan het bestuur (Delftse Hout) via ckapteinmeyer@gmail.com
  • Wij vragen u dan om bij alle buren rondom uw tuin te checken of zij denken daar geen last van te hebben.
  • Heeft niemand bezwaar, dien dan een tekening van een hok en/of ren in.
  • Iemand van het bestuur komt langs om te kijken waar het hok zou komen en hoe groot het wordt en bespreekt met u wat mogelijk en/of wenselijk is. Het hok mag namelijk niet te groot zijn; pluimvee mag geen hoofdzaak worden op uw volkstuin.
  • De dieren mógen ook los lopen in uw tuin, maar zorg dat ze daar niet uit kunnen. Anders zijn de jonge blaadjes van de planten bij uw buren niet veilig.
  • Het gaat om pluimvee en NIET om kleinvee. Een geit of schaap op de volkstuin mag bijvoorbeeld niet.

Houten plantenbakken
Bij de Viersprong staan vier plantenbakken van hout. Die kunnen weg nu de platanen er staan. Belangstelling? Wie het eerst komt, die het eerst maalt. Stuur een mailtje naar de secretaris van het bestuur, ckapteinmeyer@gmail.com.

 

 

 

 

Ongeluk
De lantaarnpaal heeft het niet overleefd, maar redde het boompje erachter… Spaar de jonge platanen bij de Viersprong en kijk héél goed uit bij het in- en uitparkeren.

 

 

 

 

 

 

 


De Coöp gaat los

Of we nog plantjes gaan verkopen? Jazeker! In de Coöp-kas en eigen ‘filialen’ is volop gezaaid en voorgetrokken, dus de winkel kan straks weer open. Noteer in je agenda: op zaterdag 1 mei en zaterdag 29 mei zetten we de schragen weer buiten voor de verkoop van jonge plantjes en tuinaarde. We zijn dan open van 10 tot 14 uur. Heb je zelf jonge plantjes over, breng ze van tevoren (geef een seintje via decoop@atv-levenslust.nl) of op de dag zelf naar de Coöp. Ook de zadenbieb is dan weer open.

 

 

 

 


De wonderlijke (bodem)wereld van wormen

In februari gaf de Groningse Jeroen Onrust voor de Delftse natuurverenigingen een online lezing over zijn onderzoek naar regenwormen. Om alvast een sprookje uit de wereld te helpen: Nee, een worm blijft NIET in leven als je hem per ongeluk doormidden klieft. Aleida (tuin 153) viste voor ons, tuiniers, de belangrijkste kennis uit Jeroens verhaal. Klik hier voor de impressie van de hele lezing.

Rode en grijze wormen
Er zijn 25 soorten regenwormen in Nederland, grofweg te verdelen in pendelaars, die van de oppervlakte naar beneden (soms wel 3 meter diep) en weer terug gaan, strooiselbewoners, die aan de oppervlakte blijven, en bodembewoners, die in het bovenste deel van de bodem leven. De eerste twee vormen de groep van de rode wormen (een kwart van het totaal) en de laatste heten ook wel grijze wormen (driekwart). Ze eten vooral ’s nachts aan de oppervlakte en trekken ook blaadjes en strootjes de grond in om daar op te peuzelen. Zo helpen ze de hoeveelheid organisch materiaal in de bodem te verhogen. Maar dan moeten ze wel blaadjes en strootjes tegenkomen – houd je tuin dus niet te ‘netjes’; daar houden wormen niet van. De pendelaars maken daarnaast verticale, permanente gangen die ze bekleden met slijm. Dat is weer handig bij overvloedige regen; het water kan dan makkelijker wegvloeien. Van omspitten worden wormen dus niet blij – ze gedijen bij een stabiele bodem. In bodems die niet worden geploegd en die bedekt blijven, is het aantal wormen dan ook vele malen groter is dan in geploegde kale (mais)akkers.

Tijgers
In een composthotel zitten geen regenwormen, maar tijgerwormen of compostwormen. Zij gedijen in een bak en kunnen snel, in een halfjaar, het groente- en fruitafval (makkelijk afbreekbaar) omzetten in compost. Houtig materiaal kunnen ze eigenlijk niet goed aan. Vandaar dat in een composthotel alleen groente- en fruitafval mag worden gedaan. In een ‘normale’ composthoop worden de houtige materialen eerst afgebroken door schimmels en later bacteriën en dat is een langdurig proces. Voor ons op de volkstuin is een gewone composthoop dus wel meer geschikt, maar die vereist een beetje geduld. Na twee à drie jaar hebben we ook mooie compost.

Hotel Levenslust
De Coöp-tuin zet binnenkort een wormenhotel ‘voor de deur’. We kregen die van een lieve tuinier, maar verstopt achter de hekken komt de container nooit vol. Dus gaan we hem ervóór zetten, met een paadje ernaartoe. Dan kan iedereen daarin groente- en tuinafval kwijt. Dit is om alvast ‘proef’ te draaien. Want tijdens de openingsmarkt van de Coöp in september ontvingen we veel enthousiaste reacties en handtekeningen voor de opstart van een ‘vast’ Levenslustig wormenhotel. De subsidieaanvraag ligt bij de gemeente Delft en Fonds 1818. In de volgende nieuwsbrief meer hierover!

 


Woningtekort op Levenslust aangepakt

In maart zijn er weer nieuwe woningen geplaatst op ons complex: in de bomen langs de oprijlaan hangen een boel hommelkastjes. Daarvoor kregen we subsidie van de gemeente, toegewezen door stadsecoloog Diny Tubbing. De Delftse Natuurwacht heeft de kasten in elkaar gezet en opgehangen. Zij werkten eerder al samen aan het maken van twee ijsvogelwanden. En met succes, want al zeker vier keer werd er een nest ijsvogels opgevoed. De vogelwanden zijn nu weer opgeknapt met echte Limburgse leemstuc. Verder hangen er al jaren vogelhuisjes, gemaakt van resthout van hotel de Plataan, op allerlei plekken op het complex. De laatst opgehangen koolmeeshuisjes zijn inmiddels allemaal ingenomen door broedende stelletjes. We hebben zelfs een paar uilenkasten opgehangen. Je weet maar nooit… En komen er geen uilen in nestelen, dan zijn er vast wel een paar gevleugelde krakers!
Marja en Hans, tuin 9

 


Ideeën voor activiteiten van de Coöp, meehelpen met de nieuwsbrief? Laat het weten via: decoop@atv-levenslust.nl